De reVox A77 deel 3 (Toestel of techniek)

door Marotick , Huizen, 02-01-2017, 23:31 (2668 dagen geleden)

Wat zijn de verschillen tussen de MK typen?
De MK1 en MK2 hebben beiden een chroomkleurig front en dat ziet er prachtig uit. Op de scharnierbare strip waarachter de koppen zitten staat reVox High Fidelity.
Van binnen heb ik niet veel verschil tussen de beide MK's kunnen ontdekken.
MK3 heeft een antraciet Studerkleurige front en andere VU meters met verlichting, de mk 1 heeft alleen een verlichting achter de zwarte VU meters als er opgenomen wordt en een hoekige toonas motor. Verder weinig verandering binnenin.
MK4, ook een Studerkleurig frontje en met andere knopjes, maar binnenin is de motorsturing iets veranderd. De transistortjes hebben plaats moeten maken voor een regel ic-tje maar uiteindelijk komt het op hetzelfde neer.

De drie motoren zijn van Papst, 3 fase wisselstroom motoren die op 1 fase draaien d.m.v. een condensator. Deze motoren zijn zeer betrouwbaar en ik heb nog geen enkel defecte motor gehad. Wel heb ik een probleem gehad met de toerentalsensor van de toonas motor. Ik hoop dat ik het goed zeg, de rotor draait om de stator (de spoel) heen en heeft de vorm van een flinke bus waarin ribbeltjes rondom in zijn aangebracht. De sensor telt die ribbeltjes en daardoor loopt de toonas uitermate stabiel.

De sensor zit in een kunststoffen huisje en dat zit dus bevestigt net naast de draaiende buitenkant van de motor. Dat kunststof is bij sommige reVoxen behoorlijk gaar geworden en als deze aangeraakt wordt dan kan er spontaan wat van de sensor bevestiging afbreken. Hoe ik dat moet oplossen weet ik niet maar ik denk dat ik het moet zoeken in een metalen of kunststof beugeltje want dat originele huisje is niet preventief te behandelen denk ik.

De toonas wordt niet gelagerd door kogellagers, ik heb me laten vertellen dat lagering met kogellagers de as iets zou kunnen laten slingeren en om dat te voorkomen zit de as in een bronzen bus gesmeerd met wat olie. Die olie wordt hard en de as gaat wat moeilijker lopen. Nu is die as er gemakkelijk eruit te halen. Een enkele veerplaatje op de achterkant van de motor houdt de rotor vast aan de as. Is dat plaatje weggeschoven dan kan de rotor afgenomen worden van de as en de as kan naar boven geschoven worden, zij het niet dat er een bandgeleidertje in de weg zit maar dat zit met één schroefje vast.

Is de as er eenmaal uit dan maak ik de as schoon en gaat er een druppel olie in het gat en aan de bovenkant zit een dekseltje waaronder een viltje zit dat ook wat olie wilt. Dan schuif ik de as weer terug, maak van binnen de rotor schoon en die kan er ook weer op, de klem er weer op en als de rotor een setje krijgt dan draait hij nog enige tijd na.

De bandgeleiding.
Belangrijk bij alle bandrecorders is natuurlijk hoe de band langs de koppen loopt. Vooral bij een kwart (4) spoorsysteem moet de band niet op en neer mogen bewegen want de spoortjes zijn smal, ca. 1 mm en dan moet het weergegeven spoor exact overeenkomen met hoe het opgenomen werd.
De band loopt van links naar rechts en hij loopt achter een pen als eerste. Die pen wordt gestuurd door een dubbele veer en zodoende blijft de band op een zekere spanning. Daarna loopt de band langs een steunpunt en omdat dat een lager is ondervindt de band weinig weerstand. Het lager zit tussen 2 metalen schoteltjes verpakt, die schotels zorgen dat de band niet op en neer kan bewegen.
Dan loopt de band door een lichtsluis, een lampje dat een lichtgevoelige cel (LDR) verlicht. Valt er licht op deze LDR dan slaat de reVox af maar een ingespannen band verhinderd dat.
Dan loopt de band langs de wiskop (rode blokje). Als er opgenomen wordt dan is deze actief en staat er vanaf dat punt niets meer op dat spoor. (of sporen)
Daarna komt de band langs een bandenlichter die alleen actief is bij het spoelen zodat de spoelende band de koppen niet onnodig zou doen laten slijten. Is de band gewoon aan het afdraaien dan staat deze bandenlichter tussen de opname en weergavekop in en doet niets met de band.

Dan komt de band bij de opnamekop en als die actief is dan wordt het spoor (of sporen) weer gevuld met modulatie. De zojuist opgenomen band bereikt nu de weergave kop en het is dus mogelijk om bijna direct te horen wat er is opgenomen (nabandcontrole) Dan komt de band langs een steunpunt, 2 kleine schoteltjes die er voor zorgen dat de band niet naar boven of naar beneden kan bewegen als de toonas/ aandrukrol dat eventueel anders zou willen. Na deze bandgeleider die overigens alleen de band raakt aan de boven en onderkant (de zijkanten van de band) komt de band aan bij de toonas. De band gaat alleen lopen als de aandrukrol is geactiveerd, dan slaat de rubberen aandrukrol tegen de draaiende toonas en wordt de band, die daar tussenin gekneld zit, met een stabiele snelheid langs de koppen getrokken. Dan volgt origineel een glijlager. ReVox heeft met opzet bedacht om hier geen kogellager te plaatsen in de hoop dat dit lager wat weerstand biedt en de band wat mooier op zou spoelen. Dat glijlager houdt de band dus wat strakker maar geeft meer slijtage aan de band.
Maar met of zonder dat lager spoelt de reVox maar matig op dus dat glijlager kan makkelijk vervangen worden voor een lager.
Links en rechts loopt de band dus over een lager bij de door mij behandelde reVoxen. De lagers die reVox in de A77 en ook in de B77 gebruikt zijn 6 mm breed. De band is 6,4 mm breed dus als er niets gebeurt dan loopt de band vast aan het boven en onder schoteltje die aan weerzijden van het lager geplaatst zijn. Vreemd is dat reVox niet lagers op maat heeft laten maken maar gewoon standaard lagers gebruikt en ze passend maakt door boven en onder een ringetje van 0,2 mm dik te plaatsen. Die ringetjes kan je dus nergens kopen en omdat er een extra lager bij komt moet ik dus noodgedwongen ronde ringetjes knippen en met een slagboortje een gat van 6 mm slaan.
Het voordeel is wel dat er geen vuil kan vastkoeken aan de boven en onderkant want daar zit een spleet van 0.2mm en geen kiertje.

De A77 heeft in de MK1 versie 4 lampjes en vanaf de MK3 versie 5 lampjes. Een lampje bij de aan/uit schakelaar 2 achter de VU meters en 1 onder de VU meter en 1 lampje voor de bandsensor bij de wiskop.
Die lampjes vervang ik door ledjes. Die ledjes worden gesoldeerd rechtstreeks op het aansluitpunt van de fitting en de toevoer van de stroom wordt doorgekrast en daaroverheen komt het led serieweerstandje, rekening houdend met de stroom door het ledje meestal maximaal 15 mA.